- 84 -
6. Reiniging en onderhoud
6.1 Veiligheidsvoorschriften
o
Zowel voor reiniging als voor reparatie de stekker van het apparaat uit het
stopcontact halen en het apparaat laten afkoelen.
o
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen en zorg ervoor, dat er geen water in het
apparaat komt.
o
Het is niet toegestaan het apparaat, de kabel of de stekker in water of een andere
vloeistof onder te dompelen, om elektrische schokken te vermijden.
OPLETTEN!
Het apparaat is niet geschikt voor het direct uitspoelen met een waterstraal.
Daarom is het niet toegestaan het apparaat met een hogedruk waterstraal te
reinigen!
6.2 Reiniging en ontkalking
o
De espressomachine moet regelmatig worden schoongemaakt.
o
Schakel de espressomachine uit (haal de stekker uit het stopcontact!)
o
De ombouw kan gereinigd worden met een vochtig doekje. Gebruik geen
bijtende schoonmaakmiddelen of oplosmiddelen.
o
Aan het einde van elke werkdag moet de piston worden schoongemaakt, echter
uitsluitend met behulp van een zg. blind filter en water.
o
Reinigen met behulp van schoonmaakmiddelen dient eenmaal per week plaats te
vinden.
Voorspoelen
a) Draai de piston uit de zetgroep.
b) Doe het filtermembraan in het filterbakje (zie afb. 8).
c) Doe een portie schoonmaakmiddel in de piston. U dient een gewoon
schoonmaakmiddel voor professionele espressomachines te gebruiken dat in de
handel verkrijgbaar is.
Filterbakje
Filtermembraan
Filtermembraan
e
Schoonmaakmiddel
Afb. 8